Veertig uur per week werkt Kevin Hazeleger (30) in de mallenmakerij van Vebo. Maar dan is de dag voor hem dan nog niet ten einde, want thuis gaat hij aan het trainen: in totaal zestien uur per week. Dat is noodzaak als je het goed wilt doen bij Sterkste Man-wedstrijden. In juli 2024 won hij na jaren trainen voor het eerst de Nederlandse titel.
We spreken Kevin als hij met zijn collega’s pauze houdt. Op de achtergrond staat een zeven meter lange stalen mal waarmee Kevin nu een week bezig is, vlak voor hem ligt een heel brood. Hij doet er een plak kaas op. "Brood eet ik normaal nooit, maar ik heb voorlopig geen wedstrijden. Dan mag ik van mezelf ook weleens wat anders eten. Brood met kaas of met leverworst smaakt me als een sterrengerecht, heerlijk.”
Ongezond
En de sterke man van 2 meter en 1 centimeter weet wat genieten is, want hij genoot zich van zijn zestiende tot z’n eenentwintigste een slag in de rondte. "Ik ging uit, dronk, rookte en at ongezond. Ik begreep er niets van als mensen naar de sportschool gingen, want wat moest je daar?”
Maar daar kwam negen jaar geleden verandering in. "Ik woog 115 kilo en was overal vet. Als ik in de spiegel keek zag het er niet uit, ik voelde me ook echt slecht.” Kevin besloot resoluut te stoppen met het bandeloze leventje en ging naar de sportschool. "Drie of vier keer per week ging ik dan fietsen en elke keer probeerde ik weer verder te komen in dezelfde tijd. Dat zoeken naar een uitdaging zit in mij, het motiveert me.”
Afvallen
De inspanningen in de fitnessruimte hadden al snel effect, want Kevin viel in negen maanden maar liefst 21 kilo af. Inmiddels had hij naast het fietsen ook krachttraining ontdekt. "En zo kwam ik ook met de deadlift in aanraking. Dat is het omhoog tillen van een gewicht totdat je gestrekt staat.” Waar hij begon met het tillen van zijn lichaamsgewicht, kwam er al snel 120, 150 en 175 kilo aan de halter te hangen.
"Het is echt vet om steeds meer gewicht te kunnen tillen. Ik hou van uitdagingen en wilde de beste van de sportschool worden.” Dat was al snel het geval. "Ik vind dan dat je klaar bent in de sportschool en naar iets anders moet kijken.” Door wat speurwerk op internet kwam de Vebo-werknemer erachter dat een Engelsman ooit 463 kilo tilde.
Inmiddels is hij zelf aardig op weg. Onlangs deed Kevin mee aan een deadliftwedstrijd in Sneek waar hij 375 kilo omhoog wist te krijgen.” In de zomer is hij altijd paraat tijdens de Sterkste Man van Nederland-wedstrijden. Die zijn veel breder dan alleen het deadliften.
"Soms moet je een vrachtwagen staand trekken, soms liggend, dan weer duwen, lopen met een gewicht of zoveel mogelijk deadlifts doen. Je weet pas vier weken tevoren welke onderdelen er op het programma staan.”
Nog beter
De training voor de grootste krachtpatserswedstrijd van ons land is dan al een tijdje bezig voor Kevin. "Ik begin ruim drie maanden tevoren al met trainen voor de Sterkste Man van Nederland”, zegt hij. "En dan besteed ik vooral aandacht aan de onderdelen waar ik minder goed in ben. Het heeft niet zo’n zin om nog beter te worden op de onderdelen waar je al goed in bent. Het motiveert me om te presteren op de onderdelen die me minder goed liggen. Dat zie ik als een middelvinger naar de concurrentie.”
Het woord concurrenten is eigenlijk alleen van toepassing tijdens de wedstrijden. "Het voelt als dat we elkaars broeders zijn. We helpen elkaar, zijn achteraf ook blij als de ander goed presteert. Maar als het fluitje gaat en de wedstrijd begint, dan zijn we concurrenten. Dan vind ik het ook niet erg als een van de tegenstanders een gewicht niet kan houden.”
Inbeelden
De sterkste man van Nederland heeft een mooie manier om zich extra te motiveren bij wedstrijden. Ik beeld me dan in dat een concurrent tegen me heeft gezegd dat ik iets niet zou kunnen. Dat is voor mij stimulans om het nog iets beter te doen. Het maakt niet uit dat hij het niet echt heeft gezegd, voor mij werkt dat goed.”
Kevin werkt nu al zo’n elf jaar voor Vebo Beton. "Ik heb op verschillende plekken gewerkt en nu maak ik al zo’n drie jaar stalen mallen. Ik vind het mooi om iets te maken dat helemaal klopt. Dat is voor mij ook een uitdaging. Bovendien is het goed te combineren met mijn sport. Ik heb de mogelijkheid om elke twee, drie uur iets te eten en ik ben om half vier klaar. Dan kan ik daarna nog trainen.”
Zes of zeven maaltijden
Eten is een belangrijk onderdeel van het sportleven van de Bunschotenaar. "Vandaag at ik bij wijze van uitzondering brood, maar normaal eet ik om negen uur ’s ochtends een bak havermout, met protëinepoeder en honing en in de tweede pauze pasta, aardappelen, of rijst met vlees en groente.” En zo eet hij zes tot zeven keer per dag.
Zo heel af en toe gunt hij zichzelf vrijaf van het strenge dieet. "Twee keer per jaar ga ik naar een feestje en drink ik wat. Soms rook ik dan ook een paar sigaretten.” Maar daarna is hij weer streng voor zichzelf. "Waar anderen dan misschien weer verslaafd raken aan het roken, is het voor mij weer een uitdaging om verder te gaan met gezond leven.”
Rondleidingen
Als er schoolklassen op bezoek komen bij Vebo dan is Kevin de ‘tourguide’, zoals hij het zelf zegt. "Dan vertel ik wie ik ben en laat wat foto’s en filmpjes zien en daarna leid ik ze rond door het bedrijf. Dat vind ik leuk om te doen en het is een mooie tegenprestatie voor wat ik van Vebo krijg. Ze sponsoren me en bieden me ook de ruimte om de sport te blijven doen.”
